Het is best bijzonder dat wij mensen rechtop lopen op twee benen. Ooit zijn onze voorouders rechtop gaan lopen, tegen ze zwaartekracht in.Waarom zijn ze dat gaan doen? Welke voordelen had dat? En zijn er ook nadelen aan?Wandelen met een evenwichtsbeperking is niet altijd eenvoudig.
(foto: eigen foto van collage met afbeeldingen over staan)
Volledig transcript:
Jingle Over ons zintuig 'evenwicht'. Waar zit het? Hoe werkt het? En wat gebeurt er als het niet goed meer werkt?Paula Hijne is auteur van het boek 'Evenwicht, in uitvoering'. Zij neemt je mee in de wondere wereld van ons evenwicht.
'Evenwicht, je leven' aflevering 5: De rechtopstaande mens
Vanochtend was ik aan het wandelen en ik merkte dat ik niet stabiel liep. Dat heb ik wel vaker en ik weet nooit precies waaraan het ligt, in ieder geval, ik liep niet stabiel. Beetje waggelend voor mijn gevoel. Het lijkt er op... tenminste ik denk dan dat iedereen het kan zien aan mij dat ik niet helemaal recht loop. Ik merk ook dat ik de horizon... dat die niet helemaal recht is, dat wiebelt te veel. Dus het focussen lukt dan niet helemaal goed.
En met dat wandelen vanochtend bedacht ik dan ineens van: daar wil ik iets over gaan vertellen, daar wil ik over podcasten. Omdat het niet gewoon is dat wij rechtop lopen.
Dat heb ik ook beschreven in het boek 'Evenwicht, in uitvoering'. Wij mensen kunnen namelijk iets heel bijzonders, want wij kunnen rechtop lopen. We kunnen rechtop staan en we kunnen lopen. We zijn namelijk de enige wezens die helemaal rechtop kunnen lopen, op twee benen. En ergens dus in die evolutie, tussen 4 miljoen en 1 miljoen jaar geleden, zijn er dus voorouders van ons geweest, van de mens, die zijn ineens dus rechtop gaan staan en op twee benen gaan lopen. Dat is dus tegen de zwaartekracht in gegaan, want je hebt te dealen met de zwaartekracht.
Op het moment dat je dus omhoogkomt, kost dat natuurlijk ineens heel veel energie, heel veel aandacht. En het is waarschijnlijk heel moedig geweest van die voorouders van ons, om ineens dus, het zal niet ineens zijn gegaan, die dus dan wel rechtop komen. Het kan zelfs zo zijn, dat ze net als een baby die leert opstaan met vallen en opstaan en wankelen, dat ook die voorouders van ons, dat ook heel langzaamaan steeds meer rechtop zijn gaan bewegen. Dat het eerst in het begin een keer was en alleen maar rechtop trekken. En op een gegeven moment dat ze dus steeds meer, steeds vaker, dat gingen doen. Er zullen dus wel voordelen aan zijn geweest.
Dan ben ik even gaan zoeken in de boeken die wij hier in huis hebben. We hebben meerdere boeken over de evolutie van de mens en in het boek Yuval Noah Harari 'Sapiens' ondertitel: 'Een kleine geschiedenis van de mensheid' gaat die dus even in op dat vermogen van ons en ik ga dat even voorlezen:
Een typisch menselijke eigenschap is dat we rechtop lopen, op twee benen. Staand is het makkelijker om de savanne af te turen naar de prooidieren of vijanden. En armen die niet nodig zijn voor de voortbeweging blijven, dus vrij voor andere doeleinden zoals: stenen gooien of signalen geven. En hoe meer die handen konden, des te succesvoller hun eigenaren waren. Dus de evolutionaire druk zorgde voor een toenemende concentratie van zenuwen en uiterst nauwkeurige spiertjes in handpalmen en vingers. Als gevolg daarvan kunnen mensen bijzonder ingewikkelde taken uitvoeren met hun handen. Ze kunnen met name ook complexe werktuigen maken en gebruiken. En de oude sporen van het gebruik van werktuigen dateren van zo'n 2,5 miljoen jaar geleden en de productie en het gebruik van werktuigen zijn de criteria waaraan archeologen vroeger mensen herkennen.
Dus dat is even ook, waar dit hele boek verder over gaat, van wat er allemaal gevonden is aan bewijsmaterialen hoe dus onze voorouders geleefd hebben. Stukje verder:
Maar rechtop lopen heeft ook z'n nadelen. Het skelet van onze aapachtige voorouders heeft zich miljoenen jarenlang ontwikkeld om een wezen te ondersteunen dat op vier poten liep en relatief klein hoofd had. En het was dus een nog een hele uitdaging om dat aan te passen aan een rechtop gaand postuur. Vooral omdat het staketsel een extra grote hersenpan moest ondersteunen. De mensheid moest zijn weidse vergezichten en zijn nijvere handen bekopen met rugpijn en een stijve nek.
Ja, en als je dan weet dat voor het evenwichtssysteem is dus de nek, is een heel belangrijke schakel tussen het evenwichtssysteem en de rest van het lichaam. Dus dat kan dan wel kloppen, dat als je dus dan rechtop gaat staan, en wij mensen hebben dat, we zijn dus allemaal rechtopstaand en de evenwichtsorganen worden trouwens ook altijd bekeken vanuit een rechtopstaande stand. Als je een dier hebt, een kat of in ieder geval dier die op vier poten loopt, dan is het lichaam sowieso anders. Dat ligt voorover en dan is die kop wel rechtop, maar niet helemaal rechtop zoals wij dat hebben. Wij hebben onze gewrichten ook onder elkaar liggen. We hebben ons hoofd, daarna dus komen dus je nek, de schoudergewrichten en dan gaat het zo naar beneden, het bekken, naar de knieën en naar de enkels toe. En dat ligt allemaal in één lijn. Wij zijn het enige wezen die dat dus zo heeft.
Dat is best heel bijzonder. En dat dat rechtop lopen dus niet zomaar vanzelf is gegaan, nou ja, dat staat dus al in dit boek.
En ik heb een ander boek gevonden, dat boek is van: Jelle Reumer: 'De vis die aan land kroop'. En ook daar gaat het een heel klein stukje, het gaat niet zo zeer over het evenwichtssysteem, maar wel ook weer over dus dat rechtop lopen. Het gaat ook over dus hoe uiteindelijk de evolutie tot de mens, hoe dat verlopen is. Dat is wat hij beschrijft. En een aantal belangrijke ontwikkelingen markeert deze evolutie en ten eerste en alleen het eerste dat ga ik dus nu voorlezen:
Ten eerste: de toenemende neiging om alleen op de twee achterpoten, de benen, te lopen. Hiertoe verandert de vorm van het bekken, worden de benen relatief langer en rechter en komt het achterhoofd-gat recht onder de schedel te zitten. Door deze zogenaamde bipedale voortbeweging, komen de handen ter beschikking voor andere functies, zoals het maken en hanteren van voorwerpen. Handen werden mede dankzij de opponeerbare duim precisie-instrumenten, waarvoor uiteraard enige hard- en softwareaansturing noodzakelijk is. Die hard- en software zijn gezeteld in het brein. In het kielzog van de ontwikkeling van efficiënte tweebenige voortbeweging zien we dan ook de herseninhoud toenemen van gemiddeld een halve liter bij de Australopithecus naar 1 liter bij de homo erectus tot anderhalve liter bij de moderne mens.
Dus dat hele rechtop lopen heeft voor meerdere mogelijkheden gezorgd, waardoor dat brein dus groter is geworden. Dus we kregen veel meer mogelijkheden tot onze beschikking. 'We' zeg ik, maar die voorouders van ons. En ik heb het ook dus beschreven in mijn eigen boek omdat ik wel eens heel nieuwsgierig was naar wat de voordelen kunnen zijn van het rechtop lopen. Want dat rechtop lopen en dat staan dat moet wel voordelen hebben gehad, anders hadden ze dat natuurlijk nooit volgehouden.
En ik ben eigenlijk tot het volgende rijtje gekomen: Je kunt namelijk dan de omgeving beter overzien. Je kunt dus beter kijken, want op het moment dat je laag ligt en met vier poten dan ben je sowieso lager of als je zelfs op de grond ligt zoals heel veel dieren, ...ehm... slangen en andere dieren die heel laag bij de grond zijn, die hebben dus geen zicht op wat er boven hun gebeurt, die kunnen alleen maar vooruitkijken, dus je blikveld blijft dan veel kleiner.
En ga je dus dan rechtop zitten, dan heb je al een breder blikveld. Dan kun je dus ook je hoofd gaan draaien, dan kun je veel meer opzij kijken. Maar op het moment dat je dus écht kunt gaan rechtop lopen, dan kun je veel makkelijker draaien en keren, om dus ook achter je te kijken. Dus ja, je kunt de omgeving beter overzien en omdat je hoger bent, dan kun je omgeving beter overzien. En je kunt ook beter gevaren signaleren. Gevaren, misschien is dat wel één van de redenen ook wel geweest, waarom mensen rechtop zijn gaan lopen, om dus beter te kunnen kijken, juist om de gevaren te signaleren. En je kunt ook beter dan voedsel vinden. Omdat je blikveld veel ruimer is kun je meer om je heen kijken.
Je kunt met je handen reiken naar voedsel, zoals bessen in hoge struiken. Het klopt ook, want op het moment dat je rechtop gaat staan, zijn die voorste benen, zijn ineens armen geworden. En die armen kun je dus voor een heleboel gebruiken. Je kunt ze namelijk ook gebruiken om iets te dragen tijdens het lopen of pakken, gooien of iets vangen of juist wegduwen of iets aangeven. En wat ook kan is dat je dus meerdere dingen tegelijk kunt doen, je kunt tijdens het lopen, kun je dragen. Je kunt, dat noemde ik net al, je kunt ook tijdens het lopen iets gooien of juist iets opvangen. Of juist iets doorgeven aan iemand, dus je kunt meerdere activiteiten tegelijkertijd gaan doen.
En door je vrije armen en je handen met vingers, kun je dan je ergens aan optrekken, bijvoorbeeld aan een tak of een boom of aan een bergwand. Dan gaan we ook echt uit van écht die voorouders, die dus de hele omgeving nog moeten leren kennen en dus ja, in de vrije natuur leven waar nog geen woningen zijn en geen trappen en alle hulpmiddelen die wij hier nu hebben. En die vingers en die handen, daar kun je dus ook een heleboel voorwerpen mee maken. Je kunt ze echt als werktuigen gebruiken en je kunt met die vingers en met je handen dus zelfs ook die werktuigen gebruiken. En wat ook is, dat je armen en benen die kun je onafhankelijk van elkaar gebruiken. Dus je kunt aan het lopen zijn en ondertussen met je handen iets anders doen dan dus het lopen zelf.
Dat is ook al als je natuurlijk iets draagt, maar ook als je aan het gooien bent, dan doe je dus iets anders met je armen dan dat je met je benen loopt, dat je met je benen doet. En je...