Listen

Description

Over de arend gesproken

God verzadigt de “mond” – of “de ziel”, zoals het ook vertaald kan worden – van de Zijnen “met het goede” (vers 5). Het betekent dat Hij de gelovige overlaadt met zegeningen, met goede dingen. Als gevolg daarvan kunnen we zeggen dat waar het hart vol van is, de mond van overloopt, dat lofprijzing het gevolg zal zijn. Dat heeft ook betrekking op het leven aan deze kant van het graf.

Het gaat hier niet om voedsel, maar om lofprijzing, het spreken en zingen van goede woorden over al de weldaden die God heeft bewezen. De mond zal vol lof zijn. Daaraan komt nooit een einde, want in de wedergeboorte, wordt met vernieuwde kracht de eeuwige jeugd genoten.
 

Support the show