Listen

Description

Fluent Fiction - Dutch: Siblings Unite: A Triumph in Amsterdam's Ivy-Clad Halls
Find the full episode transcript, vocabulary words, and more:
fluentfiction.com/nl/episode/2025-08-14-22-34-02-nl

Story Transcript:

Nl: In het hart van Amsterdam, in een glimmende kantoorruimte met grote ramen, zat Bram.
En: In the heart of Amsterdam, in a shiny office space with large windows, sat Bram.

Nl: Hij keek naar de levendige grachten en voelde de nervositeit in zijn maag kriebelen.
En: He looked at the lively canals and felt the nervousness fluttering in his stomach.

Nl: Het was de dag van de examenresultaten.
En: It was the day of the exam results.

Nl: De lucht was warm, de stad zinderde van leven, en de zon wierp patronen op de eikenhouten tafel voor hem.
En: The air was warm, the city buzzed with life, and the sun cast patterns on the oak table before him.

Nl: Maar Bram's gedachten waren bij zijn zusje Femke.
En: But Bram's thoughts were with his little sister Femke.

Nl: Femke studeerde aan de universiteit vlakbij, een majestueuze plek met muren bedekt met klimop.
En: Femke studied at the university nearby, a majestic place with walls covered in ivy.

Nl: In de lucht hing spanning.
En: The air was thick with tension.

Nl: Studenten stonden in groepjes, fluisterend, wachtend op hun toekomst.
En: Students stood in groups, whispering, waiting for their futures.

Nl: Ondanks het sprankelende zomerweer, voelde Femke zich bedrukt.
En: Despite the sparkling summer weather, Femke felt weighed down.

Nl: Ze had hard gestudeerd, nachtenlang.
En: She had studied hard, night after night.

Nl: Maar de angst dat ze niet goed genoeg had gepresteerd, knaagde aan haar.
En: But the fear that she hadn't performed well enough gnawed at her.

Nl: Bram was een gedreven accountant.
En: Bram was a dedicated accountant.

Nl: Hij was goed in zijn werk, maar vandaag kon hij zich niet concentreren.
En: He was good at his job, but today he couldn't concentrate.

Nl: Hij had een beslissing genomen.
En: He had made a decision.

Nl: Al zijn Excel-sheets en dossiers konden wachten.
En: All his Excel sheets and files could wait.

Nl: Zijn zus was nu het belangrijkst.
En: His sister was the most important thing right now.

Nl: Hij pakte zijn jas en verliet het kantoor, vastbesloten om bij haar te zijn wanneer ze de e-mail met haar resultaten opende.
En: He grabbed his coat and left the office, determined to be with her when she opened the email with her results.

Nl: Femke zat op een bankje in het universiteitspark.
En: Femke sat on a bench in the university park.

Nl: De bladeren ritselden zachtjes in de warme bries terwijl ze op haar telefoon tuurde.
En: The leaves rustled softly in the warm breeze as she stared at her phone.

Nl: Moest ze het nu openen?
En: Should she open it now?

Nl: Alleen?
En: Alone?

Nl: Ze wilde zo graag slagen, niet alleen voor zichzelf, maar vooral om te ontsnappen aan de druk van thuis.
En: She wanted so much to succeed, not just for herself, but especially to escape the pressure from home.

Nl: De verwachtingen waren torenhoog.
En: The expectations were sky-high.

Nl: Plots verscheen Bram aan haar zijde.
En: Suddenly, Bram appeared by her side.

Nl: "Zullen we het samen doen?"
En: "Shall we do it together?"

Nl: stelde hij voor met een geruststellende glimlach.
En: he suggested with a reassuring smile.

Nl: Femke knikte aarzelend.
En: Femke nodded hesitantly.

Nl: Samen, hand in hand, opende ze de e-mail.
En: Together, hand in hand, they opened the email.

Nl: Haar ogen vlogen over de tekst.
En: Her eyes flew over the text.

Nl: Haar hart maakte een sprongetje.
En: Her heart leapt.

Nl: Ze was geslaagd!
En: She had passed!

Nl: En zelfs met uitstekende cijfers!
En: And with excellent grades, no less!

Nl: De vreugde van het moment was groot, maar ze voelde ook een verborgen zorg knagen.
En: The joy of the moment was great, but she also felt a hidden worry gnawing at her.

Nl: Ze keek naar Bram, haar ogen weerspiegelden haar twijfels.
En: She looked at Bram, her eyes reflecting her doubts.

Nl: "Wat als het niet genoeg is voor hen?"
En: "What if it's not enough for them?"

Nl: vroeg ze zachtjes.
En: she asked softly.

Nl: Bram trok haar in een omhelzing.
En: Bram pulled her into a hug.

Nl: "Je hebt het geweldig gedaan, Femke.
En: "You did wonderfully, Femke.

Nl: Dit is jouw moment.
En: This is your moment.

Nl: Hun verwachtingen doen er nu niet toe."
En: Their expectations don't matter now."

Nl: Ze stonden op, het onbekende tegemoet met de belofte van een toekomst vol mogelijkheden.
En: They stood up, facing the unknown with the promise of a future full of possibilities.

Nl: "Laten we het vieren," zei Bram met een knipoog.
En: "Let's celebrate," said Bram with a wink.

Nl: Ze wandelden weg van de universiteit, de toekomst tegemoet.
En: They walked away from the university, into the future.

Nl: Dit moment markeerde niet alleen het einde van Femke's academische reis, maar ook het begin van haar nieuwe pad.
En: This moment marked not only the end of Femke's academic journey but also the beginning of her new path.

Nl: Bram leerde dat zijn steun Femke vleugels gaf, en dat die vleugels nu volledig klaar waren om te vliegen.
En: Bram learned that his support gave Femke wings, and that those wings were now fully ready to fly.

Nl: En zo, hand in hand, begonnen broer en zus aan een warme zomeravond in het hart van Amsterdam, vrij van verwachtingen, rijk aan dromen.
En: And so, hand in hand, brother and sister began a warm summer evening in the heart of Amsterdam, free from expectations, rich with dreams.


Vocabulary Words: